Gemakkelijk je achterderailleur afstellen doe je zo

Als fietser is het handig om een aantal vaardigheden onder de knie te hebben. Het vervangen van je binnenbanden, het wikkelen van stuurtape en natuurlijk het afstellen van zowel de voor- als achterderailleur. Deze laatstgenoemde ‘vaardigheid’ is het onderwerp wat in dit artikel aan bod komt. Want, hoe doe je dat eigenlijk, het afstellen van de achterderailleur?

We leggen je precies uit wat je hiervoor nodig hebt, hoe je het moet doen en waar je op moet letten. Maar, voordat we verder gaan, moet er één ding worden verduidelijkt. Namelijk: voel jij je niet thuis met het sleutelen aan de fiets en heb je er bij voorbaat geen vertrouwen in? Of wil je simpelweg zeker weten dat het afstellen goed wordt gedaan? Dan kun je het beste naar de fietsenmaker gaan. Hij of zij is immers expert en kan je zeker verder helpen.

Denk je echter dat het je wel gaat lukken en wil je alleen weten wat je moet doen – lees dan vooral door!

Waarom en wanneer de derailleur afstellen?

Waarom zou je überhaupt je derailleur afstellen? In principe is de derailleur van je fiets in de fabriek goed afgesteld, maar in de loop der jaren kan het gebeuren dat de achterderailleur niet meer goed onder het tandwiel staat. Hierdoor ontstaat er een ratelend geluid. Dit is irritant en maakt dat het schakelen een stuk minder soepeltjes gaat.

Dit heb je nodig

Voor het afstellen van je achterderailleur heb je niet bijzonder specialistisch gereedschap nodig. Aan de volgende zaken heb je genoeg:

Noodzakelijke kennis voordat je bezig gaat

Voordat je begint te sleutelen aan je achterderailleur, is het handig om te weten hoe de derailleur in elkaar steekt en waar die eigenlijk voor dient. De achterderailleur maakt dat je gemakkelijk en soepel kunt schakelen en zorgt er daarnaast voor dat je ketting de juiste spanning heeft. De achterderailleur is dus zeker een noodzakelijk onderdeel van je fiets en er moet dan ook voorzichtig mee worden omgegaan.

Doorgaans kun je de achterderailleur afstellen aan de hand van drie stelschroeven. Twee hiervan – deze worden aangegeven met de letters H van High en L van Low – zorgen dat de derailleur bepaalde grenzen of limieten heeft waarbinnen de ketting kan bewegen. Zouden deze grenzen er niet zijn, dan zou de ketting zo van de cassette af kunnen vallen. Boven deze twee stelschroeven vind je de derde stelschroef. Met deze kan de hoogte van de derailleur worden aangepast.

Je achterderailleur in 6 stappen afstellen

Het afstellen van deze derailleur hoeft niet heel ingewikkeld te zijn. Volg deze zeven stappen en zorg ervoor dat je de eerdergenoemde benodigdheden binnen hands bereik hebt en de klus is binnen no time geklaard!

Stap 1: Ketting op de juiste tandwielen

De eerste stap is eenvoudig: zet de ketting op het voorblad op het grootste tandwiel en op het achterblad op het kleinste tandwiel.

Stap 2: Derailleur positioneren

Vervolgens moet de derailleur in de juiste positie komen te staan. De derailleur moet letterlijk onder het ‘kransje’, ofwel het kleinste tandwiel, komen te staan. Staat ‘ie niet goed? Dan is dit aan te passen met de H-stelschroef. Wil je dat de derailleur meer naar buiten komt te staan, dan kan dit worden gedaan door de stelschroef linksom. Staat de derailleur te veel naar buiten, dan kun je ‘m meer naar binnen laten staan door de H-stelschroef rechtsom te draaien.

Stap 3: Kabelspanning controleren

Nu je voor het grootste tandwiel de grenzen hebt aangegeven, is het tijd om door de versnellingen omhoog te schakelen. Check of dit bij elke versnelling goed gaat. Gaat de ketting maar niet op volgende tandwiel? Dan moet je de kabelspanning aan de hand van de stelnippel verhogen. Slaat de ketting een tandwiel over, dan moet de kabelspanning juist worden verlaagd. Ook dit kan met de stelnippel.

Stap 4: Juiste hoogte

Niet alleen de uiterste grenzen van de derailleur zijn van belang, maar ook de hoogte is belangrijk. De ideale hoogte van de derailleur wil nog wel eens verschillen, maar doorgaans moet je ernaar streven om ongeveer één vinger tussen de derailler en het grootste tandwiel te hebben. Dit kan worden aangepast met de derde van de stelschroeven.

Stap 5: Opnieuw ketting op de juiste tandwielen

Stap 5 lijkt in weze sterk op de eerste stap: de ketting moet op de juiste tandwielen komen te liggen. De ketting moet nu echter als volgt liggen: achter op het grootste tandwiel, voor op het kleinste. Precies andersom dus.

Stap 6: Uiterste grenzen grote tandwiel

Daar waar we in stap 2 bezig waren met afstellen van de derailleur voor het kleinste tandwiel, gaan we nu bezig met grootste tandwiel. Het doel is om de achterderailleur midden onder het grootste tandwiel te krijgen. Dit kan worden bereikt door aan de L-stelschroef te draaien. Draai je ‘m naar buiten, dan gaat de derailleur ook naar buiten en draai je ‘m naar binnen, dan gaat de derailleur ook naar binnen.

Opmerkingen

Als je een beetje hebt opgelet zul je zien dat we in feite vier verschillende dingen hebben gedaan, in de volgende volgorde:

Na het doorlopen van de hierboven genoemde zes stappen zou het schakelen weer erg soepel moeten gaan. Er zijn helaas echter een aantal situaties waarin dit niet het geval is. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een onjuist afgestelde voorderailleur of een kromme derailleurpad. Kom je er in dergelijke gevallen echt niet uit, ga dan naar de fietsenmaker. Deze weet je altijd wel te helpen.

In het kort

Zo, als het goed is gaat al je schakelwerk weer als een tierelier en heb je geen last meer van een ratelende ketting. Vergeet niet de ketting af en toe te smeren en ook de voorderailleur eens in de zoveel tijd af te stellen. Wij hopen je hiermee in ieder geval te hebben geholpen. Nu is het aan jou om aan de slag te gaan met de achterderailleur!

Wat vond je van dit artikel?